Willem Tellboogschuttersgilde





  • Home
  • Uitslagen & Standen
  • Kalender
  • De Club
  • Boogschieten
    • Geschiedenis boogschieten
    • Techniek
  • Downloads/Links
  • In Beeld

Geschiedenis boogschieten.


Boogschieten is zo oud als de straat. Ouder zelfs, want de allereerste pijlen die richting potentiële maaltijd vlogen, zouden al dateren van een 15.000 jaar geleden.
Pas later ontdekten onze voorvaderen dat dit tuig ook bijzonder effectief is om gaatjes te maken in de vijandelijke medemens.

     


Dat brengt ons bij de 2 belangrijkste gebruiken van de boog doorheen de geschiedenis: jacht en oorlog. De pijl en boog zijn hoogstwaarschijnlijk afkomstig uit Azië.
De Chinees Hori zou de uitvinder zijn. Archeologen vermoeden dat zo’n 15.000 jaar geleden de eerste pijl uit een boog wegvloog, maar de oudste, harde bewijzen zijn
tussen 10.000 en 11.000 jaar oud. In de prehistorie werd boogschieten op elk continent bedreven, behalve in Australië. Daar had men de boemerang!
Klassieke beschavingen hadden al enorm veel boogschutters in hun legers. Pijlen waren zeer destructief tegen grote menigten en het gebruik van boogschutters kon al snel leiden tot een overwinning. Bij de Grieken werd de handboog ook gebruikt als teken van macht en aanzien. Al bij de eerste officiële Olympische Spelen (in 776 vóór Christus) zijn wagenrennen, discuswerpen, verspringen, worstelen, boksen, speerwerpen én schieten met pijl en boog de eerste sporten die beoefend werden. In het middeleeuwse Europa steeg de waarde van het boogschieten op het slagveld gestaag. De Mongolen, die een korte Koreaanse / Mongoolse boog (= soort recurveboog) van composiet materialen (hoorn en hout) gebruikten, perfectioneerden het handboogschieten vanaf de rug van het paard en gebruikten dit om de Aziatische steppen en Oost-Europa te domineren. Ze schoten vanaf hun paard terwijl ze het doelwit (lees: de vijand) naderden, draaide zich om in hun zadel om achtereenvolgens nog een schot te lossen terwijl ze wegreden. Ook had Dzjengis Kahn (1162-1227) tijdens zijn rooftochten een extra zware boog bij zich. Deze werd tussen 2 paarden bevestigd. Enkele mannen samen moesten de boog uittrekken. De pijl bereikte een afstand van wel 1000 meter. In de pijlpunt zaten gaten, die een fluitend geluid maakten door de wind, die door de gaten stroomde. Dit om de vijand bang te maken. Ten tijde van de Honderdjarige Oorlog hadden de Engelsen het handboogschieten te voet geperfectioneerd. Zij gebruikten een longbow. Schutters werden vanaf de kinderleeftijd getraind door voortdurend en veelvuldig te moeten schieten. De kruisboog werd erg populair tijdens de Middeleeuwen. Het duurde lang om een longbowschutter te trainen en hij moest dan ook geregeld blijven oefenen om een goede schietvaardigheid te behouden, terwijl het maar een korte training vergde om goed met een kruisboog te kunnen schieten. De kruisboog was krachtiger, maar zwaarder dan de longbows. Het grootste nadeel was het feit dat het vrij lang duurde om de kruisboog te herladen. De introductie van vuurwapens zorgde ervoor dat de boog van het slagveld verdween. De vroege vuurwapens waren nog lange tijd in feite minder effectief dan de getrainde longbowschutter. Al zo’n tienduizend jaren heeft de mens zich van de handboog bediend met wisselende bedoelingen. Was de handboog allereerst een middel voor de jacht en dus uiterst belangrijk voor de voedselvoorziening van de mens; bijna onmiddellijk werd hij ook gebruikt ter verdediging en deed daarmee zijn intrede in de krijgskunst. Maar ook is het boogschieten als sport al zeer lang bekend. Het waren de Perzen die het handboogschieten in de Griekse cultuur introduceerden. Daar was het handboogschieten één van de gewaardeerde krijgshaftige kunsten, waarin de besten het tegen elkaar opnamen in de schaduw van de berg Olympus. De tijd dat de boog een belangrijk wapen bleef vond zijn einde met het intreden van het vuurwapen. We kennen allemaal de geromantiseerde confrontaties tussen handboog en vuurwapen, zoals ten tijde van de strijd tussen de Indiaanse bewoners van Noord Amerika en de kolonialisten. Behalve de Indianen waren ook de Turken erkende handboogschutters en het verhaal gaat, dat Sultan Mohammed Khan in 1247 zijn pijl 1275 pijllengten kon weg schieten. Dat komt neer op een afstand van bijna 1000 meter (1275 x 0,78 cm.)! Nog in het einde van de 19de eeuw was er in Londen een Turk, die zijn pijl 800 meter ver schoot, de sportman van het jaar. Sowieso kent de geschiedenis van de boogsport vele romantische helden. Een handboogsporter, die over zijn sport met buitenstaanders praat, wordt al snel vergeleken met Robin Hood of wordt, door absolute leken, gevraagd of jij de appel van iemands hoofd kan schieten, terwijl deze “heldendaad” door de Zwitserse voet- of kruisboogschutter Wilhelm Tell werd verricht.

   

Het handboogschieten kent ook vele gedaanten over de hele wereld, in vele verschillende culturen. Men heeft het dan over schieten op een “doel”. Zo is in Korea het handboogschieten volkssport nummer 1, waar met min of meer klassieke bogen (longbow) wordt geschoten. In Japan wordt op zeer hoog niveau geschoten, waarbij de Zen Boeddhistische, filosofische achtergrond een grote rol in deze sportbeoefening speelt. In de West-Europese - en Amerikaanse wereld heeft de handboog een enorme technische evolutie doorgemaakt tot sommige uiterst “hightech” vormen.Tegenwoordig is handboogschieten vooral een concentratie sport.



Vogel of (pape)gaaischieting.

Het vogelschieten (niet onze discipline) met pijl en (kruis)boog of geweer is al uit de Oudheid bekend. In het heldendicht “Aeneïs” van Vergilius (deze auteur leefde van 70 tot 19 vóór Christus) wordt een beschrijving gegeven van het schieten op een (levende ?) duif die vastgebonden was aan een scheepsmast. In latere tijden werd gebruik gemaakt van molenwieken en kerktorens, waarop of waaraan een namaakvogel was geplaatst. Daar deze houten vogel zeer kleurrijk was versierd, ontstond de naam: (pape)gaaischieten. In Zeeland, Oost-Brabant (Nederland) én in België wordt het vogel of gaaischieten (met een kruisboog of geweer) beoefend door meerdere schutterijen en/of schuttersgilden. De gildenbroeders, veelal gestoken in folkloristische kledij, schieten op 1 vogel (in Domburg (Zeeland) op “stroenken”, = een poppetje, geassocieerd aan een locale persoon en een scheepje die op een ijzeren plaatje met een diameter van 13 cm. staat, boven op een circa 14 meter hoge schietboom. Dit plaatje kan er wel afgeschoten worden, maar het valt niet op de grond omdat het aan een draad blijft hangen. Met die draad kan men, onder aan de schietboom, het plaatje weer op de top van de schietboom trekken.

 

Soorten schietingen

Europese kampioenschappen: deze schietingen worden hoofdzakelijk ingericht door de Nationale bonden van België, Frankrijk en Nederland
Nationale kampioenschappen: deze schietingen worden ingericht door de K.N.B.B.W. waarbij elke handboogmaatschappij peletons van 5 schutters afvaardigt.
Nationale Keizerschieting: deze wordt jaarlijks ingericht door de K.N.B.B.W. waarbij elke Handboogmaatschappij staande wip zijn Koning afvaardigt.
Nationaal jeugdkampioenschap: deze wordt ingericht door de K.N.B.B.W. waarbij de beste jeugdschutters uit het jeugdcriterium het per categorie tegen elkaar opnemen om de kampioen van België aan te duiden.
Nationale Koningsschieting voor de jeugd: deze schieting wordt ingericht door de K.N.B.B.W. waarbij elke jeugdschutter per categorie kan meestrijden voor de titel.
Nationaal jeugdcriterium: deze schietingen zijn verdeeld over 8 tot 10 verscheidene handboogmaatschappijen, de jeugd wordt onderverdeeld in 3 categorieën (miniemen, scholieren en junioren) en staat onder toezicht van de K.N.B.B.W.
Bondsschietingen: deze schietingen worden tijdens het Nationaal Congres verloot onder de aanwezige handboogmaatschappijen, dit is een schieting met bondsprijzen en geldprijzen.
Beschrijfschietingen: dit zijn beschrijfschietingen die beurtelings worden ingericht door alle handboogmaatschappijen om de verbroedering met andere Gilden te bewerkstelligen. Dit kunnen zowel herdenkingschietingen, prijsschietingen, jubileumschietingen als gewone schietingen zijn.
Blokschietingen: dit zijn schietingen waarbij de zeer geoefende schutters kunnen strijden om de wedstrijd te winnen. Dit kan geschieden op enkel de hoofdvogel, de 7 hoge of de hoofdvogel en hoekvogels.
Koningsschieting: deze schieting wordt ingericht door elke Gilde afzonderlijk waarbij elk lid mag strijden om de koningsvogel neer te halen.
Ledenschieting en/of puntenschietingen: deze schietingen worden ingericht door elke Gilde afzonderlijk, dit zijn voornamelijk schietingen waarbij de leden strijden om de titel van Kampioen en/of winnaar van de nevenklassementen.
Verscheidene: dit zijn kampioenschappen die worden ingericht door verscheidene Gilden (Het Gouden Paard te Waregem, de Gouden Pijl te Oostende, ...)
De Olympische Spelen
Boogschieten is één van de oudste sporten op de Olympische Spelen. Er werden toen in vele disciplines geschoten, waarbij alleen mannen mee mochten doen. In de twee Spelen hierna mochten vrouwen wel meedoen. In 1920 werden de voor die tijd laatste Olympische Spelen gehouden waarbij boogschieten op het programma stond. De spelen waren aan het begin van de 20e eeuw niet zo groot en goed georganiseerd, zoals nu. Zo deden aan sommige disciplines maar twee deelnemers mee en zijn bij andere disciplines zijn alleen nog maar de beste drie schutters bekend.
Vanaf 1972 werd boogschieten weer opgenomen in het Olympisch programma. Eerst werd er alleen door mannen en vrouwen individueel geschoten, later (vanaf 1988) ook in teams.
Er wordt tegenwoordig op de Spelen geschoten op een afstand van 70 meter op een 1,22 meter groot blazoen. Uiteraard in de buitenlucht. De schutters mogen alleen een recurveboog gebruiken en hebben 40 seconden per pijl. Er zijn in de loop van de geschiedenis meerdere systemen gebruikt. Bij de Spelen van 2008 in Peking werd gebruik gemaakt van het systeem met rechtstreekse uitschakeling, oftewel het knock-outsysteem. Zuid-Korea was op deze Olympische Spelen het beste land bij het boogschieten. Zij mochten in totaal 2 gouden, 2 zilveren en één bronzen medaille meenemen.
(Bron: FITA-site en wikipedia)


 

Copyright © 2019 WT - PVDC
Alle rechten voorbehouden

Sportparklaan Gebouw M
"De Schorre" Oostende

Staande Wip   MA & DO | 19u-21u | April - September
Liggende Wip   MA & DO | 19u-21u | Oktober - April
Doelschieten   WO | 18.30u-20.30u | Oktober - April